Vroeger zou ik gedacht hebben dat ik dat zelf ook wel kon; vormgeven. Inmiddels weet ik beter.
Als je veel tijd en energie in het schrijven van je boek gestopt hebt, wil je niet dat je boek er niet aantrekkelijk genoeg uitziet om het te kopen. En vervolgens wil je natuurlijk dat het met plezier gelezen wordt. Een lettertype of indeling waar je lezers migraine van krijgen, kan nooit het doel zijn. Tenzij je een deal gesloten hebt met de farmaceutische industrie, dan is het iets anders natuurlijk! 🙂
Toen ik een tijdje geleden enkele hoofdstukken aanleverde bij mijn vormgeefster, zag ik het niet zo zonnig in. Ik ondersteun mijn verhaal met foto’s en foto’s zijn niet zo flexibel als illustraties. Ik zal je de details besparen, maar ik vond dat mijn concept er niet uit zag en ik twijfelde of mijn vormgeefster er wel ‘chocolade’ van kon maken. Daar kwam nog bij dat ze me tijdens onze afspraak vragen stelde over zaken, waar ik totaal niet over nagedacht had. Voilà . Nóg een reden waarom ik nu weet dat je geen boek uit kunt geven zonder vormgever…
Met een berg huiswerk ging ik na onze afspraak naar huis. Ik heb honderden fonts (lettertypes) bekeken. Serif, sans serif… Het zei me eerst niets, maar nu wel. Het is niet eens Pasen, maar er werden hier in huis vele ‘eieren’ gelegd over afbreekstreepjes, liggend, staand, kolommen, kleur van de tekst, afmetingen enzovoorts, enzovoorts.
En weet je? Het is mijn vormgeefster gelukt! Ze heeft er chocolade van gemaakt. Wat zeg ik, chocolade? Beter dan chocolade; het is een prachtig bonbonnetje geworden!
Straks zullen er vast nog meer vormgevings-eieren gelegd moeten worden, want tot nu toe hebben we het alleen over het binnenwerk gehad, maar ik heb er alle vertrouwen in dat ook dat helemaal goed komt.
Qua schrijven ga ik nu de laatste fase in. Wish me luck!
Hartelijke groet,
Sandra